zondag 30 september 2012

Zaterdag 29 september (Thornton)



We zijn vanmorgen om half 9 opgestaan want we hebben geen haast. Na een uitgebreid ontbijt en een kop koffie pakken we wat spullen in de auto voor onderweg. We raken aan de praat met Brian, de eigenaar. Hij geeft ons een aantal tips en vertelt dat het nu in New Hampshire druk is i.v.m. de Fall Foliage (vrij vertaald de herfstkleuren). Deze staat is bekend om zijn schitterende herfstkleuren  die vooral te danken zijn aan de maple tree, een boomsoort die in Nederland niet voorkomt. Als de bladeren eenmaal zijn gevallen, is er volgens hem hier helemaal niks meer te beleven.

Na dit gesprek rijden we weg. We doen een stuk van de Kancamagus Highway nu in omgekeerde richting en bekijken de dingen die we gisteren vanwege de regen hebben overgeslagen. Het is droog vandaag!

Na een poos verlaten we de highway en nemen een weg binnendoor.

Het is weer geweldig om door de fel kleurende bossen te rijden en we genieten volop. We lunchen aan een watervalletje, helemaal alleen.

Daarna rijden we door naar Crawford Notch SP waar we van mooie uitzichten genieten. Het speciale aan de White Mountains is dat er bergen, nou beter gezegd heuvels zijn en dat je daardoor de bomen, zeg maar in lagen ziet.

Dit in tegenstelling tot Nederland dat immers helemaal vlak is.

Na nog een waterval rijden we door naar Bretton Woods waar het Mount Washington Resort staat. Dit is een heel oud en deftig hotel. Het is om 2 redenen bekend. Allereerst is dit een hotel uit 1881. In die tijd kwamen de rijke inwoners uit New York en Boston hier de zomer doorbrengen omdat het in die steden erg heet was. Zij namen hun hele hebben en houden mee én bedienden en genoten van de omgeving en de schone lucht.

De 2e reden dat dit hotel zo beroemd is, is omdat hier in 1944 het IMF (=Internationaal Monetair Fonds) is opgericht.

Het is een immens groot hotel met een schitterende lounge met open haardvuur en allerlei zitjes, verschillende eetzalen en grote balkons.

Het leuke van de hotels in Amerika is dat je er zo naar binnen kunt lopen ook al ben je geen gast. Je kunt in de lounge gaan zitten, je eigen bammetjes eten en er is niemand die daar wat van zegt. Dat moet je in Nederland is proberen. Wij bekijken het hele hotel, binnen en buiten. Het is inderdaad voorzien van alle luxe die je je wensen kunt. Er is een golfbaan, allerlei winkeltjes met erg dure spullen (een vaas met 12 rozen voor de speciale prijs van USD 47,95) een zwembad met spa, verschillende cocktailbars en ga zo maar door. Echt de wereld van het luxe.

Een nacht logeren kost hier USD 319 maar dan heb je ook wat.

Nadat we ons een poos vergaapt hebben aan alle luxe en grandeur eten wij op een bankje bij een immens schaakbord, gezellig onze druiven op.

We stappen weer in onze auto en rijden verder naar Campton met de bedoeling daar een wasserette op te zoeken. Blijkt dat de dichtstbijzijnde wasserette 3 kwartier rijden is. Nou, dat gaan we dus mooi niet doen!

We duiken de enige winkel in die het dorp rijk is en doen daar onze boodschappen. Ik moet zeggen, ze hebben een prima sortering en je kunt er echt alles kopen maar de indeling is volstrekt onlogisch. Hier geen plastic tasjes maar een ouderwetse papieren boodschappenzak.

Met onze boodschappen gaan we terug naar de cottage waar we inmiddels aardig gewend zijn geraakt aan shabby inrichting.
We hebben weer een geweldige dag gehad en, heel belangrijk, het is de hele dag droog geweest.

Lily Pond

zaterdag 29 september 2012

Vrijdag 28 september (North Conway - Thornton)


Na een ontbijtje gaan we weer eens de koffers pakken want we gaan verkassen. Niet zo ver, maar 56 mijl, een klein stukje dus.

We hebben de hele dag uitgetrokken voor de Kancamagus Highway, die bekend staat als de mooiste weg van New Hampshire.

De Kancamagus Highway (Kanc zeggen ze hier) is genoemd naar een voormalig chief van de Indianen. Deze weg gaat dwars door de White Mountains. Als we wegrijden is het bewolkt en droog maar al snel komt de regen met bakken uit de lucht. Dat hadden we niet verwacht want de weersvooruitzichten waren goed.

De weg is prachtig, aan twee kanten bebost en de bomen hebben al mooie herfstkleuren. Volgens een paar vrouwen die we onderweg spreken, stelt dit nog helemaal niks voor en is dit pas het begin van de beroemde Fall Foliage.

Wij vinden dit al prachtig, zelfs met dit regenweer, laat staan hoe mooi het moet zijn als de bladeren nog verder kleuren én de zon erop schijnt.

De  eerst grote stop  maken we bij het Russell Colbath House. Het huis is in 1831 gebouwd door Thomas Russell. Later werd het huis nagelaten aan één van zijn dochters die trouwde met Thomas Alden Cobath. Dit verklaart de naam van het huis. Ze bezaten land en een zagerij en waren houthakkers.

In 1890 was het gebied behoorlijk groot geworden. Er waren ongeveer 20 boerderijen, 2 scholen en een klein hotel. De mensen die er woonden hadden het goed want het hout bracht veel geld op. Ze hebben het hele gebied kaal gehakt en daarna trokken ze weg omdat ze geen inkomsten meer hadden.

In 1935 werd het huis opgeknapt door de nieuwe eigenaars die het huis als zomerverblijf gebruikten. In 1961 werd het huis aangekocht door de US Forest Service (een soort Staatsbosbeheer) die het in de oude staat terug brachten.

Wij hebben eerst een trail gelopen (in de stromende regen) en daarna hebben we het huis bezocht. Er was een dame, in kledij uit die tijd, die ons een heleboel kon vertellen over de geschiedenis van de Russell en Cobath families. Het huis  was volledig in oude stijl ingericht en het fijnste was dat er een haardvuur brandde waarbij we ons even konden opwarmen.

Na dit bezoek hebben we in de auto geluncht want het bleef maar regenen en niet zo’n beetje ook. Vervolgens zijn we verder gereden op de Kancamagus Highway, maar we zijn niet echt meer de auto uit geweest.

Aan het eind van de weg was een Visitor center van de US Forest Service en daar zijn we nog even naar binnen gegaan om wat info te vragen over de White Mountains. Vervolgens snel door naar onze cabin want we waren nat en koud. Nou, de cabin was een een beetje een desillusie. Aan de buitenkant ziet het er heel gezellig uit maar van binnen is het één grote aftandse boel. De ruimte op zich is prima maar wat erin staat heeft duidelijk zijn beste tijd gehad. De keuken stelt helemaal niks voor; er staat bijna niks aan keukengerei. We hebben

(m.n. ik) even flink zitten schelden maar ja, het is er warm en na een warme maaltijd zag het er al wat anders uit.

We zitten hier 3 dagen en we hopen dat het weer niet al te slecht wordt.

De White Mountains is een prima wandelgebied en we hebben een aantal hikes op ons programma staan. Een beetje regen is niet erg maar als het, zoals vandaag met bakken uit de lucht komt, is wandelen niet echt leuk.

vrijdag 28 september 2012

Donderdag 27 september (North Conway)

Om 8 uur wakker geworden en een ontbijt van het hotel genuttigd. Een typisch Amerikaans ontbijt met wit brood en veel zoetigheden maar gelukkig óók fruit. Daarna op onze kamer nog een kop (oploskoffie helaas) gedronken en vervolgens op naar de outlet. We waren er al om 10 uur dus het was nog lekker rustig. Als eerste zijn we naar de Levi’s shop gegaan en dankzij het lijstje met maten én modellen hadden we in no time 3 spijkerbroeken gescoord. Eigenlijk zijn we de hele dag winkel in en uit gegaan met tussendoor een kleine lunch van een wrap (Jan) en een hotdog (Wilma)

Alhoewel we erg goed geslaagd zijn, had ik verwacht dat er meer keuze zou zijn. Via de supermarkt, waar we groot ingekocht hebben i.v.m. de volgende 4 dagen in een cottage, en de Burger King (slecht, maar wél lekker) zijn we terug gereden naar het hotel.

We hebben alle inkopen naar onze kamer gesjouwd en daar uitgepakt. Labels eraf, netjes opgevouwen en voorlopig heb ik alles in 2 grote plastic tassen gestopt. Hoe we dit allemaal in onze koffer moeten krijgen, is voor mij nog een raadsel maar daar ga ik me nog niet druk over maken.

Morgen gaan we weg uit North Conway. Voorlopig heb ik weer genoeg geshopt.

donderdag 27 september 2012

Woensdag 26 september (Southwest Harbor – North Conway)

De wekker staat vandaag op half 8 want we hebben een lange reisdag voor de boeg. Voor het eerst ontbijten we binnen want het motregent. Daarna pakken we alles in, drinken nog een kop koffie en nemen afscheid van Mount Desert Island en de Atlantische Oceaan.

We rijden grotendeels over de Interstate (95); dat schiet tenminste op. Meestal is dat saai rijden maar nu, met de herfst in aantocht is het toch afwisselend.

Aan weerskanten van de weg is veel bos en de bomen, vooral de maple trees (esdoorns), beginnen al echt te kleuren. Het varieert van oranje tot licht en vuurrood.

Dit gecombineerd met groenen naaldbomen, geeft een heel mooi kleurenpalet. En nu is het nog niet eens zonnig, dan moet het helemaal fantastisch zijn.

Onderweg stoppen we even bij een Starbucks om aan onze  koffieverslaving te werken maar voor de rest rijden we eigenlijk aan één stuk door.

Als we de staat New Hampshire inrijden, wordt de omgeving heuvelachtig. Heel anders dan het vlakke Maine; het geeft een lieflijk beeld.

Om half 3 rijden we de plaats North Conway binnen, ons einddoel van vandaag.

North Conway is op zich weinig niet geweldig mooi maar…. Ze hebben er een aantal kleding outlets waar je geweldig kunt shoppen. Bijkomend voordeel is dat je in de staat New Hampshire geen belasting betaalt. Je bent dus goedkoper uit dan in de andere staten van Amerika.

We rijden eerst naar ons hotel, opgezet in Zwitserse stijl (rare jongens toch, die Amerikanen) en checken in. We pakken de koffers uit en installeren ons in een zeer ruime kamer met een klein balkon. Helemaal prima.

Omdat het nog te vroeg is om te gaan eten, beginnen we vandaag al met onze “shop till you drop” tocht. We gaan naar de Columbia outlet, waar we een fleece voor Jan en een trui voor mij kopen. Zo, de eerste buit is binnen en dankzij ons stukje plastic hoeven we niet al te veel geld mee te nemen.

Vervolgens eten we lekker bij Applebee’s en als laatste gaan we naar de

Christmas Tree Shop, een soort Action, een rommelwinkel dus.

Ik vind dit altijd erg leuk want ze hebben er vaak leuke dingen voor een klein prijsje. Ook hier komen we met een volle tas naar buiten.

Daarna rijden we terug naar ons hotel waar we lekker gaan relaxen.
Morgen is mijn dag want dan gaan we de hele dag shoppen, iets waar ik Jan niet echt een plezier mee doe. Maar hij offert zich op zodat ik één dag heerlijk mijn gang kan gaan en hij hobbelt wel mee. Heerlijk toch!

woensdag 26 september 2012

Dinsdag 25 september (Southwest Harbor)

Alweer heeft Jan buiten de tafel gedekt. Normaal gesproken is hij degene die al snel binnen wil eten maar vandaag eten we dus weer buiten op de porch.

De zon schijnt weer maar het waait wel behoorlijk vandaag. Toch is de temperatuur nog steeds heel aangenaam, zo’n 21 graden.

We hebben gisterenavond overlegd wat we vandaag gaan doen omdat we in onze voorbereiding voor vandaag eigenlijk geen plan hadden gemaakt.

We rijden weer naar de ingang van het park en omdat we een parkpas hebben voor 7 dagen, kunnen we zó verder rijden.

We bezoeken eerst het Nature Center, waar een kleine tentoonstelling is over de flora en de fauna van het park. Jan had (zoals gewoonlijk) weer een heel gesprek met een parkrancher over weet ik het wat en ik ben maar verder gaan rondkijken.

Na een sanitaire stop (de wc’s zijn hier overal erg schoon) zijn we doorgelopen naar een klein museum hier in het park, het Van Abbe Museum.

Het museum is gesticht door een New Yorkse filantroop, genaamd (inderdaad) Van Abbe. Deze man besloot op 71 jarige leeftijd, terwijl hij ernstig ziek was, zich te verdiepen in archeologie en dan m.n. de geschiedenis van de prehistorische indianen. Hij verzamelde en catalogiseerde allerlei archeologische vondsten uit deze omgeving. Ook kreeg hij veel voorwerpen aangeboden door de plaatselijke bevolking. Aangezien hij zo’n grote verzameling had, besloot hij in 1926 een klein museum te bouwen. Van baksteen, heel ongebruikelijk in deze omgeving.

Het museum heeft een grote verzameling gebruiksvoorwerpen van de prehistorische indianen tentoongesteld en deze voorzien van een duidelijke uitleg over de wijze waarop men ze maakte.

Wij kregen zowaar een privé rondleiding van een oud leraar die als vrijwilliger van het museum aanwezig was. Hij vertelde in heel begrijpelijk Engels en duidelijk sprekend (een echte leraar dus) allerlei zeer interessante feiten over de geschiedenis van de indianen die in deze buurt leven. Er zijn hier 4 stammen die zich hebben verenigd onder de naam Wabanaki.

Daarna hebben we zelf nog een poos rondgekeken.

Na deze bijzondere ervaring hebben we de auto weer opgezocht en zijn we weer een gedeelte van de Park Loop gaan rijden. Een route uitstippelen is nogal ingewikkeld omdat een groot gedeelte van de Park Loop éénrichtings verkeer is. Als je een afslag mist, moet je een heel eind omrijden (dat weten we uit ervaring).

Via North East Harbor, een klein plaatsje waar we aan de haven hebben gelunched, zijn we verder gegaan naar Sargent Drive, wat de mooiste weg van Acadia zou zijn. Wij hadden verwacht dat de weg grotendeels langs de Somes Sound zou lopen (Somes Sound is de enige fjord in Amerika) maar we hadden beter moeten weten. Een heel klein stukje reden we langs de fjord en de rest was bos en bomen. We hadden er meer van verwacht.

Hierna wisten we eigenlijk niet meer wat we wilden doen zodat we maar naar Seawall zijn gereden waar we al eerder zijn geweest. We vonden het daar geweldig mooi en hebben er weer een poos op de rotsen gezeten, voor de laatste keer genietend van de oceaan.

Terug bij de cottage hebben we een tijdje gepraat met de eigenaresse van de cottages over onze ervaringen deze 3 dagen.

Daarna zijn we, als afsluiting van deze 3 dagen, verse kreeft gaan eten. Dat was een heel aparte ervaring. We reden naar de haven, naar Beal’s Lobster Pier, waar ze verse kreeft en andere schaaldieren verkopen en bereiden.

We kwamen  in een ruimte waar grote bakken met levende kreeften stonden.

Je kunt hier je eigen kreeft uitzoeken maar dat hebben we aan de verkoper overgelaten. Hij haalde er 2 exemplaren uit, gooide ze op de weegschaal (je betaalt naar gewicht) deed ze vervolgens in een netje en legde ze in een krat.

We kregen een bon met een nummer, betaalden aan de kassa en daarna moesten we wachten tot ons nummer afgeroepen werd. Tijdens het wachten wilde ik een foto maken van de bakken met kreeft. Toen de verkoper dat in de gaten had, pakte hij een hele grote kreeft uit de bak, zette hem op de rand zodat ik hem kon fotograferen. Nadat de kreeft netjes geposeerd had, werd hij (of zij) weer in de bak gekieperd.

Na een tijdje wachten, werd ons nummer afgeroepen en kregen we een ieder een kartonnen bak met daarin onze knalrode, kreeft en een bakje gesmolten boter. Verse kreeft eet je n.l. het best met alleen gesmolten boter.

Nu kon het feest beginnen. Gelukkig hadden ze de harde schaal al voor ons gekraakt want dat is een wetenschap op zich. Het eten is eigenlijk één grote knoeiboel want je pulkt het vlees uit de schaal.

Nu zal ik wel veel mensen tegen de haren instrijken, maar wij vonden het niet bijzonder smaken. Het was net kauwgom en  het smaakte zoetig en verder naar niks. We hebben hem opgegeten maar niet echt van harte. Weer een ervaring rijker en een illusie armer. Het zal wel aan ons liggen want iedereen om ons heen is lovend over de kreeft uit Maine. Nou, wij dus niet.

Binnen een uurtje waren we terug in onze cottage waar we maar snel een kop koffie hebben gedronken om de smaak weg te spoelen.

Vandaag was onze 3e en laatste dag hier. Wij hebben genoten van Acadia NP. Het is een prachtig park met een schitterende Atlantische Oceaan. Rotsachtige stranden, mooie branding, diepblauw water, eindeloze vergezichten en mooie bossen. Een ervaring die we niet hadden willen missen.
 
 
Uitzicht Seawall
 

dinsdag 25 september 2012

Maandag 24 september (Southwest Harbor)

Na een ontbijt (alweer buiten) en daarna een kop koffie gaan we op pad. Het is enigszins bewolkt als we vertrekken maar we hopen dat de zon doorbreekt en dat gebeurt even later ook. Het belooft weer een dag te worden met mooi weer.

Vandaag gaan we het oostelijke deel van Acadia NP in, waar het over het algemeen drukker is dan in het westelijk deel. Acadia NP is het enige Nationale Park in het Noord-Oosten van Amerika en het wordt zeer druk bezocht. We rijden het park in bij Hulls Cove waar ook het visitor center zit.

Hier kopen we een 7 dagen pas en bekijken we een korte film over het park.

Daarna beginnen we met het rijden van de zgn. Park Loop. Deze weg leidt je langs de mooiste punten van het park. Je mag er niet hard rijden (25 mijl per uur) en het grootste gedeelte is een éénrichtingsweg.

Het eerste punt waar we stoppen is Sand Beach; het enige zandstrand in Acadia (de rest bestaat uit rotsachtige kliffen). Als je hier wilt zwemmen moet je wel een bikkel zijn want het water is er heel koud. Ik heb toch maar mijn sokken en schoenen uitgedaan en ben even met mijn voeten in het water geweest. Het is dus echt koud!

De bedoeling was om bij Sand Beach een trail te gaan lopen maar deze trail blijkt vlak langs de Park Loop te lopen waar de auto’s rijden. We slaan de trail dus maar over en gaan, lekker lui, met de auto verder.

Het volgende punt op ons lijstje is Thunder Hole, een nauwe inham waar het water met veel lawaai tegen de rotsen te pletter slaat. Vandaar de naam.

Het is er prachtig en woest met een heel mooi uitzicht. We zoeken een plekje op één van de rotsen, ver bij het gebulder vandaan en lunchen hier.

We genieten van het eten en de zon die inmiddels weer uitbundig schijnt. Hoe mooi wil je het hebben.

Vervolgens rijden we naar Otter Point maar we zijn te laat om de getijdenpoelen te bekijken; het wordt weer vloed en dan komen alle poelen weer onder water te staan. Tsja, je kunt niet alles hebben.

En verder gaat het weer, naar Jordan Pond een mooi meer met alweer een prachtig uitzicht. Dat is dan ook het enige want het is er druk met mensen die hier op een grasveld aan tafels zitten te lunchen. De baklucht komt ons tegemoet, dus wegwezen hier.

Het laatste wat we doen is naar de top rijden van Cadillac Mountain. Dit is het hoogste punt van Acadia. Het is niet echt hoog (466 m) maar vanaf de top kun je bij helder weer bijna heel Mount Desert Island zien. Gelukkig hebben we erg helder weer en het uitzicht is werkelijk gigantisch mooi. We blijven hier een poos staan kijken, eten en drinken nog wat en daarna is het tijd om terug te rijden naar onze cottage. Het kijkglas zit vol. We hebben zoveel moois gezien dat het genoeg is.

Via de supermarkt en het benzinestation want wij moeten eten en de auto ook!
Het was weer een hele mooie dag. Morgen zijn we hier voor het laatst en daar gaan we nog even goed van genieten.

Thunder Hole

maandag 24 september 2012

Zondag 23 september (Southwest Harbor)

Om ongeveer 8  uur zijn we opgestaan en hebben we een heerlijk ontbijt gehad. Buiten, op de porch want, in tegenstelling tot gisteren is het prachtig, zonnig weer. Wie had gedacht dat we eind september buiten zouden ontbijten; wij niet! Daar hebben we echt geluk mee want Acadia NP staat bekend om zijn regenachtige, mistige dagen. Vandaag schijnt de zon volop en het is warm.

Na een kop koffie en met een goedgevulde rugzak, stappen we de auto in.

We willen de westelijke kant van het eiland verkennen. Op de kaart hebben we verschillende punten uitgezocht waar we willen kijken en lopen.

Als we aan het rijden zijn, weten we het weer. Ook al rij je in Amerika vlak langs de oceaan; je ziet hem niet. Het uitzicht wordt belemmerd door bossen en struiken. Vaak moet je ook eerst een heel stuk door het bos lopen vóór je de oceaan ziet. Dit in tegenstelling tot Nederland waar je duinen en hoofdzakelijk vlak gebied hebt bij de zee.

De verrassing is dan ook weer heel groot als we plotseling de Atlantische Oceaan zien. Een fantastisch mooi uitzicht; waar je ook kijkt water en het is zó helder dat we een aantal eilandjes zien liggen. Genieten dus.

Na een poosje rijden we verder om een stuk verderop een trail te lopen.

Eerst weer een stuk door het bos en vervolgens wordt het steeds rotsachtiger en ongelijkmatiger; uitkijken dus.

Als we bij de oceaan komen, zien we alleen maar rotsen; geen zandstrand zoals in Nederland. We klauteren een stuk naar beneden en gaan op een rotsblok zitten. Van hieraf hebben we een goed uitzicht op de golven die op de rotsen slaan. We blijven hier zeker een half uur kijken naar al het moois, genietend van de zon. We hebben ons zelfs ingesmeerd met zonnebrand want de zon brandt.

Vervolgens gaat het weer verder naar de vuurtoren waar we, alweer, zittend op de rotsen lekker gaan lunchen. Trailrepen, yoghurt en bananen; we zijn weer gezond bezig vandaag. Wat een relaxte dag na die lange reisdag van gisteren.

Het volgende uitkijkpunt is een grote teleurstelling; we hadden gelezen dat je van hieraf het mooiste uitzicht hebt over de oceaan maar we zien alleen maar een aanlegplaats voor boten. Snel verder rijden want dit is waardeloos.

Ook het meer waar we nog een trail zouden lopen is niet echt ons ding zodat we besluiten om terug te rijden naar South West Harbor. Hier staat onze cottage en we besluiten om wat rond te lopen in het dorp. Nou, daar zijn we snel mee klaar want het is een gat van niks. Wat winkels en veel restaurants en dat is het dan. Wél zien we het visitor center van South West Harbor dus we gaan daar maar eens kijken. We raken aan de praat met de vrouw die in het visitor center aanwezig is en we vertellen haar van het uitzichtpunt waar alleen maar een aanlegplaats voor boten te vinden was. Het blijkt dat we niet de goede weg hebben genomen en zij vertelt ons hoe we wél moeten rijden.

We besluiten het een nieuwe kans te geven en, via een dirt road (een verharde zandweg) komen we uiteindelijk bij de weg die we wél hadden moeten nemen. Deze weg eindigt inderdaad bij de oceaan We parkeren de auto en gaan lekker zitten aan een picknicktafel die uitkijkt over het water. Even weer wat eten en vervolgens loop ik naar de oceaan, doe mijn schoenen en sokken uit en ga met mijn blote voeten in het water staan.

Dit is een traditie; ik heb me tijdens onze eerste Amerika reis voorgenomen om dit bij elke oceaan te doen en ik heb nu de Pacific, de Golf van Mexico en nu dus de Atlantische Oceaan gehad. De sokken en schoenen kunnen weer aan! Missie volbracht.

We genieten wederom van het uitzicht dat echt fantastisch is en rijden daarna weer richting cottage. Ineens, op de dirt road, zet Jan de auto stop en zegt dat ik nu maar eens moet gaan rijden. Ik krijg tekst en uitleg over het hoe en wat en dat is wél nodig. De SUV is n.l. een automaat en dat is een hele andere manier van rijden dan ik gewend ben. In eerste instantie weet ik niet welke pedaal ik met welke voet in moet drukken, totdat Jan zegt dat ik helemaal niks moet doen met mijn linkervoet. Na wat oefenen in stoppen en wegrijden gaat het al snel beter. Ik rij de hele weg terug naar de cottage en ik ben geweldig trots op mijzelf. Dit is nl de allereerst keer dat ik rij in Amerika en dan nog wel met zo’n gigantische bak. Heel wat anders dan ons eigen Peugeootje 207.

Bij de cottage drinken we eerst even wat en daarna ga ik eten koken; vanavond homecooking. Pasta met champignons, paprika, ui en tomatensaus. Het vlees denken we er maar bij want dat zijn we vergeten.

De rest van de avond besteden we aan foto’s bekijken, dagboek bijhouden en rommelen. Onze eerste dag in Acadia zit erop en was méér dan geweldig.

Morgen gaan we het drukkere gedeelte van het park in, alhoewel dat in deze tijd van het jaar wel mee zal vallen.
Ik heb er in elk geval veel zin in.

Seawall Point

zondag 23 september 2012

Zaterdag 22 september (Rockport – Southwest Harbor)

Het wekkertje ging vanmorgen om half 8, want we gaan verkassen.

Na een heerlijk ontbijt hebben we alle spullen weer in de auto geladen.

Heerlijk zo’n SUV ; heb je in elk geval genoeg ruimte om de bagage kwijt te kunnen. Na een kop koffie hebben we afscheid genomen van onze gastvrouw, die we trouwens bijna niet gezien hebben, en zijn we begonnen aan een lange, saaie reisdag. We hebben er bewust voor gekozen om op één dag een lange afstand af te leggen. Hierna zitten we weer 3 volle dagen op een vaste plek, n.l. South West Harbor in Acadia National Park.

Om 12 uur waren we al aan onze 3e staat toe; na Massachusetts en een stukje New Hampshire reden we Maine binnen.

Al deze 3 staten maken onderdeel uit van New England, tezamen met Connecticut, Rhode Island en Vermont, Deze regio is zo genoemd omdat dit de eerste staten zijn die door de Engelsen in de 17e eeuw zijn gekoloniseerd.

Wat opvalt in deze staten zijn de vele bossen en de huizen. Die zijn heel groot en staan op zeer ruime percelen. Ze zijn gemaakt van houten planken of kunststof (je ziet bijna geen bakstenen huizen zoals Nederland) en ze zijn geschilderd in allerlei pastelkleuren. Crème, lichtgroen, lichtgeel, lichtgrijs.

Het geeft een heel lieflijk beeld. De kerkjes, en dat zijn er erg veel, hebben hele smalle, spitse torentjes. Erg mooi om te zien.

Na vele uren in de auto, op een sanitaire stop en lunchpauze na, komen we eindelijk op de plaats van bestemming. We hebben hier een geweldige cottage, niet al te groot maar van alle gemakken voorzien. Onze cottage ligt helemaal aan het eind en vanaf de porch (soort veranda) kijken we zo het bos in.

Het is hier zó rustig, je hoort alleen de stilte.

Nadat we ons ingericht hebben, besluiten we lekker uit eten te gaan in een restaurant aan de overkant. Dit kunnen we lopend af zodat we niet nog eens in de auto moeten stappen.

Het eten was overheerlijk en ik heb voor het eerst kreeft geproefd. Die zat op mijn Caesar salad. Die kennismaking is zó goed bevallen dat we binnenkort voor een hele kreeft gaan met schaal en al.

Dat moet je hier geprobeerd hebben; we zitten niet voor niets aan de kreeftenkust.

Morgen gaan we het westelijk deel van Mount Desert Island verkennen. We willen een aantal hikes doen en lekker rustig rondkijken.

Hopelijk werkt het weer mee want vandaag was het bewolkt, nevelig en regenachtig. Jullie horen het wel.

zaterdag 22 september 2012

Vrijdag 21 september (Rockport)

Vanmorgen weer om 8 uur wakker, ontbeten, een kop koffie en daarna met de auto naar Gloucester. Eerst naar de Whalewatch company om te vragen of de boot vandaag wél uitvaart. Gelukkig is dat het geval en we zijn helemaal blij. We hoeven er pas om half 1 te zijn dus gaan we eerst Gloucester verkennen. We lopen langs de haven met al zijn vissersboten en we zien ook heel veel kreeftenkooien. Gloucester is het centrum van de kreeftenvangst.

Het centrum valt ons tegen wat dat betreft is Rockport veel leuker en gezelliger. We nemen een kijkje in het Whale Center waar veel informatie te vinden is over walvissen. Ze hebben er een skelet van een jonge Humpback Whale (=bultrug walvis) en dan zie je pas hoeveel verschillende botten en botjes zo’n dier heeft. Als we vervolgens verder door het stadje lopen, zien we tot onze grote blijdschap een Democratic Center waar je je op kunt geven als vrijwilliger of sponsor voor Obama. We zagen gisteren al een sticker op een auto en we kwamen in de verleiding om de sticker eraf te peuteren.

We zijn naar binnen gegaan om in elk geval onze steun te betuigen aan Obama. Met de vrijwilligster die aanwezig was, hebben we een poos gepraat over de manier waarop de ziektekostenverzekering in Nederland geregeld is en dat we hopen dat ook in Amerika de ObamaCare er door komt.

We hebben gevraagd om een sticker en we mochten alle twee een button uitkiezen. Helemaal blij zijn we weer naar buiten gegaan.

Vervolgens hebben we aan de haven nog wat gegeten en gedronken.

Daarna de auto gepakt en teruggereden naar het Whalewatch centrum.

Jan heeft daar zijn eerste T shirt gescoord met uiteraard een walvis erop.

Uit voorzorg hebben we ieder ook maar een pilletje geslikt tegen zeeziekte en daarna waren we helemaal klaar om de boot op te gaan.

Gelukkig was het niet druk zodat we een lekker plekje aan dek hadden.

Nadat we rustig de haven waren uitgevaren, ging het in een keer met volle vaart vooruit. Het schip ging behoorlijk heen en weer en op en neer en ik kon me iets voorstellen bij het feit dat de tour de dag ervoor niet doorging.

Tijdens het varen kregen we info over de walvissen en de manier waarop ze leven. Er zijn in Gloucester zoveel walvissen te zien vanwege de rijke voedselgronden die net buiten de kust liggen.

Na ongeveer een uur met volle kracht vooruit zagen we onze eerste walvis; een moeder met haar kalf. Wat zijn het toch geweldige dieren om te zien!

Nadeel is wel dat je nooit weet wanneer en waar ze weer boven komen want ze kunnen erg lang onder water blijven. We liepen dus van de ene naar de andere kant op een slingerende boot om maar niks te missen. En dan wil je ook nog de ultieme foto maken; een hele kunst om dan niet tegen de vlakte te gaan. Al met al hebben we de nodige walvissen gezien maar ik heb er toch teveel van gemist omdat ik te druk was met foto’s maken. Dom, dom; de volgende keer mag Jan de camera en dan ga ik alleen maar kijken.

Je kunt een walvis trouwens herkennen aan zijn staartvin. Bij iedere walvis is de tekening op de onderkant van de staartvin weer anders. Deze tekeningen worden vastgelegd en op deze manier kunnen de wetenschappers de walvissen herkennen. Walvissen blijven maandenlang in dezelfde omgeving en worden dus vaak herkend door de bemanning van de whalewatchboot.

Deze bemanning bestaat over het algemeen uit vrijwilligers die tijdens de tochten allerlei onderzoek verrichten. Ze zijn erg enthousiast en ze hebben ons veel verteld en laten zien tijdens het varen.

Nadat we een uur walvissen hebben gespot, ging het met volle kracht weer richting haven. Nooit meegemaakt dat zo’n grote boot zo hard kon varen.

Al met al zijn we helemaal doorgewaaid en toen ik weer op de vaste wal stond, ging ik nog heen en weer. Een rare gewaarwording; moet je weer aan een stabiele ondergrond wennen.
Op de terugweg naar Rockport hebben we boodschappen gedaan voor een aantal dagen. Terug in de cottage eten gemaakt en daarna nagenoten van een perfecte dag. Morgen gaan we weg uit Rockport. Jammer maar we gaan ongetwijfeld weer andere mooie dingen zien.

 
Haven van Gloucester

vrijdag 21 september 2012

Donderdag 20 september (Rockport)

We zijn de dag begonnen met een “Kruger ontbijtje”, bestaande uit yoghurt met cereals, bolletjes, knackerbrod, een gekookt eitje, thee, jus d’orange en een appel. Overheerlijk dus. Daarna hebben we onze spullen gepakt en zijn we met de auto richting Gloucester gereden. We zouden walvissen gaan spotten.

Het was prachtig, zonnig weer dus we hadden er zin in. Jan wilde eerst langs de maatschappij die de tocht zou organiseren, om te vragen of het door zou gaan, wat ik zwaar overdreven vond want het was immers prachtig weer!  Maar ja, we kwamen er toch langs dus toch maar even gaan vragen.

Tot onze grote teleurstelling bleken ze vandaag NIET uit te varen. Teveel wind dus te hoge golven, dus niet verantwoord. Zo zie je maar weer dat wij, als leek heel anders tegen het weer aankijken dan de experts.

Ze hebben ons wél omgeboekt naar morgen dus hopelijk gaat het dan wél door.

We zijn eerst terug gereden naar de cottage om de teleurstelling weg te spoelen met een bak koffie en vervolgens hebben we een plan B gemaakt.

Allereerst zijn we Rockport, het stadje waar onze cottage staat, gaan verkennen. Rockport is een prachtig plaatsje met een hele mooie haven en erg leuke straatjes vol galeries. Het is een echt kunstenaarsstadje, heel relaxed en in deze tijd erg rustig. De huizen hebben muren die afgewerkt zijn met houten pannetjes. Erg mooi.

Na onze rondwandeling hebben we wederom de auto gepakt om naar Halibut State Park te rijden, ongeveer 10 minuten van Rockport vandaan.

Halibut State Park bestaat uit 440 miljoen jaar oude lagen van graniet.

Het gebied werd het eerst gebruikt door de Pawtucket Indianen die er vis en wilde vruchten verzamelden. Vanaf 1840 werd er graniet gewonnen; eerst op kleine schaal maar met de komst van de Rockport Granite Company, op veel grotere schaal.

Nadat de graniet industrie ineenstortte, werd er in eerste instantie niks met het gebied gedaan. Tijdens de Koude Oorlog werd de inmiddels gebouwde controle toren gebruikt om een nieuw radarsysteem te testen.

Pas in 1981 werd het gebied een State Park.

De controle toren hebben we bekeken en beklommen en van daar uit heb je een giga mooi uitzicht op de Atlantische Oceaan. Het was heel helder zodat je de kust van Maine kon zien.

Daarna hebben we een paar korte trails gelopen, die ons uiteindelijk naar de kust voerden. Een kust vol rotsen, uiteraard van graniet, waar we een hele tijd hebben genoten van de hoge golven die op de rotsen te pletter sloegen.

Het blijft een mysterie, de oceaan. Onvoorspelbaar en indrukwekkend.

We krijgen er geen genoeg van en kunnen uren naar de golven en de branding kijken. Uiteindelijk zijn we toch maar verder gaan lopen, terug naar de controle toren. Daar hebben we op een bankje, in de zon, nog wat fruit gegeten om vervolgens terug te gaan naar de cottage.

We hebben eten gekookt, gegeten , de wasmachine en de vaatwasser aangezet; kortom even “gehuishoud”.

Nu is het weer tijd om te relaxen en na te genieten van alweer een prachtige dag. Hopelijk gaat de walvistocht morgen wél door. We wachten het af.
 
Halibut State Park
 

donderdag 20 september 2012

Woensdag 19 september (New Haven - Rockport)

We raken al aardig aan de Amerikaanse tijd gewend want vanmorgen werden we pas tegen 8 uur wakker.

Gisterenavond ging het hier in New Haven behoorlijk tekeer. Het waaide verschrikkelijk en het regende erg hard. Gelukkig zaten we binnen en bleef het hotel staan. Dat was in Milford, hier niet zo ver vandaan, wel heel anders. De schade was daar enorm; de elektriciteit afgesneden door omgevallen bomen, schade aan auto’s etc.. Vanmorgen was er niks meer van het vreselijke weer van gisteren over. Het was fris maar droog en de wind was gaan liggen. Alleen aan de grote hoeveelheid takken en bladeren op de weg was te zien dat het echt noodweer was geweest.

Na een ontbijt hebben we de koffers gepakt en zijn we op weg gegaan naar Rockport , Cape Ann. We dachten dat we aan een halve dag rijden genoeg zouden hebben zodat we in Salem, bekend als heksenstad, konden rondkijken.

Nou dat pakte anders uit. We hadden een vertraging doordat er op de Interstate een vrachtwagen door zijn assen ging. Eén rijstrook was afgesloten zodat het verkeer maar over 3 rijstroken kon i.p.v. 4. Na deze vertraging hadden we zin aan koffie maar in tegenstelling tot gisteren was er geen Starbucks te bekennen. Uiteindelijk bij een pompstation een beker koffie gescoord die verrassend lekker bleek te zijn. En dat alles voor 2,75 USD, een stuk goedkoper dan Starbucks. Vervolgens zijn we weer verder gereden; we begonnen eerder vanmorgen in de staat Connecticut, daarna reden we door Rhode Island en vervolgens kwamen we in Massachusetts. Van deze staat hadden we geen kaart en we moesten een hoop moeite doen om toch een wegenkaart te bemachtigen. Pas bij het 3e pompstation was het raak.

Met behulp van de kaart zijn we met een grote boog om Boston gereden want daar wil je niet in de buurt komen; veel te druk.

Na Boston, was het volgens ons een fluitje van een cent om in Salem te komen maar we reden 2 keer verkeerd, dankzij mijn geweldige kaartleestalent. Bovendien was het heel erg druk en kunnen ze hier niet rijden. Dit is geen constatering van mij maar ook van een inwoner van Massachusetts zelf. Afijn uiteindelijk waren we pas om half 4 in Salem zodat we het hele heksengedoe hebben overgeslagen en in plaats daarvan de supermarkt zijn ingedoken om voor 3 dagen boodschappen in te slaan.

Daarna door naar onze eindbestemming wat uiteindelijk nog anderhalf uur duurde. We zijn, voor de verandering maar wéér verkeerd gereden en uiteindelijk waren we pas om 6 uur in Rockport.

De eigenaresse van de cottage stond al op ons te wachten en na haar uitleg over de werking van de apparatuur hebben we onze bagage en boodschappen naar binnen gebracht. De cottage is erg mooi en van alle gemakken voorzien.

Er is een vaatwasser, wasmachine en droger, een mooie keuken en badkamer.

Kortom we houden het hier wel 3 nachten uit.

woensdag 19 september 2012

Dinsdag 18 september (New Haven)

Ook vanmorgen waren we weer vroeg wakker maar gelukkig niet meer midden in de nacht. Om 8 uur zaten we aan het ontbijt; een hotelontbijt met zoet Amerikaans brood, donuts, waffles (alle 3 niet aan ons besteed) maar gelukkig ook bekertjes yoghurt, jus d’orange, thee.

Vandaag geen koffers pakken maar gewoon alles op de hotelkamer laten liggen. Heerlijk.

Om 9 uur stapten we in de auto om in ongeveer een kwartiertje naar New Haven te rijden. In New Haven staat de wereldberoemde Yale University. We wilden daar graag de campus bekijken want die scheen de moeite waard te zijn.

Dankzij een tip op het Alles Amerika forum vonden we een parkeerplaats op loopafstand van de campus voor maar 5 USD per dag. Prima geregeld dus.

Even een stukje geschiedenis over New Haven en Yale University.

De stad New Haven werd in 1638 gesticht en in 1716 ontstond Yale University. De naam Yale komt van Elihu Yale, de eerste en grootste geldschieter. Yale is een topuniversiteit en wordt beschouwd als een kaderopleiding voor studenten die een diplomatieke loopbaan ambiëren. De eerstejaars zijn intern en mogen een jaar snuffelen aan het studentenleven. Pas in het tweede jaar wordt er serieus gestart met de studie.

Het mooiste gedeelte van Yale is de oude campus, een vierkant terrein met allerlei fantastische gebouwen waarvan het oudste, de Connection Hall stamt uit 1750. Het is in 1905 gerestaureerd door donaties van oud studenten. Als je aan Yale hebt gestudeerd heb je blijkbaar geld zat.

Op deze oude campus hebben we een poos rondgekeken en rondgelopen. Het is alsof je 300 jaar teruggaat in de tijd. Het geheel ademt een bepaalde rust uit. Overal staan hardhouten banken waarop je heerlijk kunt genieten van al het moois rond om je.

Vervolgens zijn we op zoek gegaan naar het infocenter van de universiteit. Dat viel nog niet mee want het zat aardig verstopt. Uiteindelijk hebben we het toch gevonden en we hebben er een video bekeken die een grote reclamefilm was. Allemaal hele nette studenten die de hele universiteit geweldig vonden. Typisch Amerikaans dus.

Vervolgens kwam één van die studenten ons uitnodigen voor een rondleiding, maar dat hebben we maar niet gedaan. We kijken liever zelf rond.

We hebben een poos door de hele universiteitswijk gelopen. We kwamen de mooiste gebouwen tegen met allerlei uitgebouwde gevels, torentjes en vreemde vormen. Ik had het gevoel dat ik in de wereld van Harry Potter rondliep; heel bijzonder. Wat ons opviel was de ruimte tussen de gebouwen. Niet op elkaar gepakt maar grote grasvelden ertussen en overal bomen en groen.

Na een fijne wandeling waarbij ik ogen tekort kwam om al het moois te zien, kwamen we bij het Yale Peabody Museum, ons tweede doel van vandaag.

In dit museum was een hele hal met allerlei dinosaurusskeletten te zien.

We kwamen door zalen met mineralen, opgezette vogels, beren, de ontwikkeling van de mens, de leefwijze van de indianen, mummies uit het oude Egypte en nog véél meer.

In onze ogen was het nogal een allegaartje van onderwerpen; wij zagen er weinig verband tussen maar het museum is erg beroemd dus het zal wel aan ons hebben gelegen.

We hadden gehoopt dat er in het museum een plek was om wat te eten en te drinken maar helaas pindakaas, zo’n plek was er niet.

Dus zijn we maar naar buiten gegaan en hebben we een bankje gezocht. We waren net aan onze trailrepen en verse frambozen begonnen, toen het ging regenen. Snel de boel naar binnen gewerkt en maar weer gaan lopen. Gelukkig werd het al snel weer droog.

Ons derde doel was Louis Lunch waar de allereerste én lekkerste hamburger zou zijn gemaakt. Het verhaal gaat als volgt: een hongerige reiziger met weinig tijd komt binnen en wil snel wat eten. De eigenaar Louis serveert hem gehakt, gekruid vlees op 2 sneetjes toast. Zo werd de hamburger geboren.

Of het klopt? Wie zal het zeggen. Feit is wel dat de hamburgers nog steeds op de ouderwetse manier bereid worden. Men neemt gehakt, gekruid vlees; maakt het een beetje plat, doet het tussen  2 ijzeren grillplaten en plaatst het in een verticale oven. Deze oven dateert nog uit 1900. Als de hamburger klaar is, wordt hij geserveerd met 2 sneetjes toast. Om ketchup vragen is streng verboden; sterker nog er is hier geen ketchup te bekennen.

Wij hebben deze hamburger geprobeerd en ik moet zeggen dat ik nog nooit zo’n lekkere hamburger heb gehad. Ongelooflijk lekker en niet te vergelijken met de platte gevallen van Mc Donalds en andere hamburgertenten.

Jan z’n grote wens is in elk geval vervuld want hij had het al maanden over Louis Lunch.

Na deze superhamburger zijn we nogmaals over de oude campus gelopen en toen hadden we het helemaal gehad.

Terug naar de auto en via de nodige omwegen, door een omleiding, zijn we naar ons hotel gereden. Daar lekker gerelaxed, alhoewel….er brak even paniek uit want ik was mijn bankpas kwijt. Overal gezocht maar ik kon hem niet vinden en wist ook absoluut niet meer wanneer ik hem voor het laatst had gehad. Uiteindelijk bleek hij in de auto te liggen tussen de stoel (hoezo chaoot?) De rest van de dag besteed aan foto’s bekijken, dagboek bijwerken en spullen opruimen.

Het is trouwens maar goed dat we in ons hotel zitten want er is voor New Haven, waar wij zitten, een tornado waarschuwing afgegeven. Dat hebben we nog niet eerder meegemaakt. Het waait hier ook heel hard n.l. 41 mijl per uur.

Op de tv wordt er steeds maar gewaarschuwd om op te passen. Het gekke is, het is absoluut niet koud, zo’n 22 graden maar het waait en regent (ja dat ook) Afijn we zien het wel; voor mijn gevoel zitten we hier veilig.

Morgen gaan we op weg naar Rockport aan de kust. Ben benieuwd hoe het weer daar is. We zullen het zien.


overzicht dinosaur hall Yale Peabody Museum

















 
Oude campus Yale University in New Haven.